Soms leven we opnieuw allebei.
Dat merk ik als er een betekenisvol lied op de radio speelt. Of bij een merk dat plots opduikt in de winkel. Dat pintje aan het meer van Rotselaar.
Soms volgden we rivieren. Je was een brug over ons troebel water.
“Loop, loop, loop, zo snel als je kan.”
"Ik wil alleen maar zwemmen."
Allemaal deuntjes. In straten die langzaam veranderden. Dat stopt niet.
Onder een laken van ruwe tattoos schuilde een blanke pit. Onze blonde God met een klavertje op zijn hals en een kettingzaag op de arm.
Niet dat je veel geluk had gekend. Maar dat hield je niet tegen om er iets van te maken. Het leven was jouw hoogstpersoonlijke botsauto.
Een enkele keer liet je je vuisten zien. Toen er onheil op til was. Roofdieren. Een vrouw was veilig bij jou. Je was de broer die we gemist hadden. A brother from another mother.
Je leerde me meubels in elkaar zetten. Alsof je al wist dat je er niet altijd bij zou zijn. Of een feminist pur sang als het erop aankwam.
Ik kon je alles vragen. En af en toe doe ik dat nog.
Waarom dacht je dat je onkruid was? Dat je niemand was?
Je vergaat nooit. Dat klopt.
Maar onkruid, nee. Een boom van een vent. Naamgenoot van een beroemde componist. Daar zat muziek in.
Nergens in de weg. Groeipotentieel. Misschien veel nood aan vaste grond onder de voeten.
Of aan een nieuw seizoen. De lentes blijven komen. Dat stopt ook niet.
Die korte stilte in de aula. Je zoontje. Het immens verdriet van een kleine blonde God. Ze speelden daarna The sound of silence. Een leegte is eigenlijk ook een stilte. Rust. Requiem.
Ik zie je nog wel ergens. Hangend op een bankje. Of aan het meer. Potvast.
“Niets eindigt echt. Nothing really ends.”
dEUS. Ah, kijk, hoe toevallig. Amedeus. Amedeo. Overal synchroniciteit.
Je was een jonge blonde God. Iemand. Een kruid dat ons leven smaak gaf.
Auteur: Ada Ostyn
Overledene: Amedeo Sievers
Data: °04/11/1988 †26/05/2017
Rustplaats: Begraafplaats Kessel-Lo
Zerk: Strooiweide